Benjamín Arellano Félix, geboren op 12 maart 1952 in Sinaloa, Mexico, was de leider van het beruchte Tijuana-kartel, een van de machtigste en gewelddadigste drugskartels in Mexico tijdens de jaren ’80 en ’90. Samen met zijn broers, waaronder Ramón en Eduardo, bouwde hij een crimineel imperium op dat voornamelijk opereerde vanuit de grensstad Tijuana en een groot deel van de drugshandel naar de Verenigde Staten controleerde.
Oprichting van het Tijuana-kartel
Het Tijuana-kartel, ook wel bekend als het Arellano Félix-kartel, kwam voort uit de rivaliteit tussen de drugskartels in het noordwesten van Mexico. Terwijl andere kartels zich vooral richtten op de smokkelroutes door het centrum en oosten van Mexico, realiseerde de Arellano Félix-familie zich al snel dat controle over de grensovergangen bij Tijuana hen een strategisch voordeel zou geven. Deze grensstad bood directe toegang tot Californië, een van de grootste afzetmarkten voor illegale drugs in de VS.
Benjamín was de zakelijke strateeg achter het kartel. Hij zorgde voor het beheer van de smokkelroutes en onderhield de relaties met zowel de leveranciers in Zuid-Amerika als de afnemers in de Verenigde Staten. Zijn broer Ramón was de handhaver van het kartel, verantwoordelijk voor de gewelddadige operaties en de bescherming van het territorium. Samen creëerden ze een dodelijk duo: Benjamín hield het geld en de macht in stand, terwijl Ramón ervoor zorgde dat niemand het kartel durfde uit te dagen.
Groei en Methoden
Tijdens de hoogtijdagen van het Tijuana-kartel was Benjamín verantwoordelijk voor de smokkel van duizenden tonnen cocaïne en marihuana naar de Verenigde Staten. Onder zijn leiding ontwikkelde het kartel een reputatie voor meedogenloosheid. De Arellano Félix-broers gebruikten geweld en intimidatie om hun concurrenten te elimineren en hun smokkelroutes veilig te stellen. Ze waren betrokken bij talloze moorden, ontvoeringen en afpersingen, zowel in Mexico als in de VS.
Benjamín’s leiderschap werd gekenmerkt door zijn vermogen om strategische allianties aan te gaan met andere kartels, maar ook om agressief op te treden tegen rivaliserende organisaties. De broers hadden vaak gewelddadige confrontaties met het Sinaloa-kartel van Joaquín “El Chapo” Guzmán, een conflict dat een van de bloedigste hoofdstukken van de Mexicaanse drugsoorlogen inluidde.
De Val
Hoewel het Tijuana-kartel aanvankelijk ongenaakbaar leek, begon de Mexicaanse en Amerikaanse overheid in de late jaren ’90 intensiever op te treden tegen de organisatie. Ramón Arellano Félix werd in 2002 gedood tijdens een confrontatie met de Mexicaanse politie, een zware klap voor het kartel. Kort daarna, in maart 2002, werd Benjamín gearresteerd door het Mexicaanse leger tijdens een inval in Puebla. Zijn arrestatie was een keerpunt voor het Tijuana-kartel, dat sindsdien sterk verzwakt is.
Benjamín werd in 2011 uitgeleverd aan de Verenigde Staten, waar hij schuldig werd bevonden aan verschillende aanklachten, waaronder drugssmokkel en georganiseerde misdaad. Hij werd veroordeeld tot 25 jaar gevangenisstraf. Zijn arrestatie en veroordeling markeerden het begin van het einde voor het eens zo machtige Tijuana-kartel, dat sindsdien in fragmenten is uiteengevallen.
Invloed op de Mexicaanse Drugsoorlog
Benjamín Arellano Félix speelde een cruciale rol in de geschiedenis van de Mexicaanse drugshandel. Zijn leiderschap van het Tijuana-kartel was een belangrijke factor in de escalatie van het geweld tussen de verschillende kartels in Mexico, vooral in de strijd om controle over de lucratieve smokkelroutes naar de Verenigde Staten. Hoewel het Tijuana-kartel na zijn arrestatie aan invloed verloor, zijn de gevolgen van de conflicten die hij en zijn broers veroorzaakten nog steeds voelbaar in de voortdurende drugsoorlog in Mexico.
Zijn nalatenschap is er een van geweld en corruptie, maar ook van de zakelijke slimheid die nodig was om een van de grootste criminele netwerken ter wereld op te bouwen.
